Een groot deel van de mensen met langdurende psychische problemen krijgt zorg en ondersteuning vanuit het eigen netwerk. Dat blijkt uit de resultaten van het panel Psychisch Gezien van het Trismos-instituut. Maar liefst twee derde van de panelleden krijgt ondersteuning van familie en vrienden en lotgenoten. Dat is in lijn met eerdere bevindingen. Een deel van de panelleden is zelf ook mantelzorger.

Panelleden geven aan op een groot aantal levensgebieden behoefte te hebben aan ondersteuning vanuit het eigen netwerk, al dan niet in combinatie met professionele hulp. Het netwerk en het zorgen voor het netwerk is van groot belang voor mensen met langdurige psychische problematiek.

Toch laten de resultaten zien dat maar bij een klein deel van de panelleden naasten betrokken waren als in het afgelopen jaar (opnieuw) psychische klachten en een behandelplan werden vastgesteld. Daarin kunnen nog stappen worden gezet door zorginstellingen om meer triadisch te werken, aldus het Trimbos-instituut.

Een andere belangrijke bevinding is dat er door de jaren heen helaas weinig ontwikkeling te zien is in ervaren kwaliteit van leven bij de panelleden. Een kwart van de panelleden heeft (regelmatig) discriminatie ervaren vanwege hun psychische problematiek. Verder heeft een relatief klein deel van het panel betaald werk en zijn er nog steeds veel onvervulde zorgbehoeften.

Toch zijn er ook signalen die mogelijk positief uitgelegd kunnen worden. Uit trendanalyses blijkt dat het percentage panelleden dat hulp nodig heeft maar dit niet krijgt, de laatste jaren is afgenomen. Het gaat hierbij om hulp voor uiteenlopende levensgebieden. De verklaring voor de afname is volgens het Trimbos nog moeilijk te geven. Volgende peilingen moeten uitwijzen of deze trend doorzet.