Maar weinig jongeren gebruiken géén sociale media. Maar hoe beïnvloeden platforms als Instagram, Facebook, TikTok en Snapchat hun mentale gezondheid? Uit recent Brits onderzoek, gepubliceerd in Nature Human Behaviour, is er een duidelijk verschil tussen jongeren met en zonder mentale problemen.

Volgens de onderzoekers toont de studie aan dat jongeren met mentale problemen sociale media anders beleven. Of sociale media de klachten verergeren of dat hun mentale gezondheid maakt dat ze er op een andere manier gebruik van maken, dat moet nog blijken. Maar dát er verschillen zijn, is duidelijk. Zo benoemen jongeren met een diagnose vaker dat ze zichzelf online vergelijken met anderen. Vooral jongeren met zogeheten internaliserende problemen, zoals angst, depressie of PTSS, zijn gevoelig voor sociale vergelijking. Bijna de helft vergelijkt zich online vaak met anderen. Bij jongeren zonder psychische klachten is dit een kwart.

Daarnaast wordt hun stemming sterker beïnvloed door likes en reacties. 28% van de jongeren met internaliserende problemen ervaart dit; bij andere jongeren is dit 13%. Verder zijn ze minder geneigd om eerlijk te zijn over hun gevoelens op sociale media en ervaren ze minder controle over de tijd die ze online doorbrengen. Zo besteden jongeren met een mentale aandoening dagelijks gemiddeld 50 minuten meer aan sociale media dan hun leeftijdsgenoten zonder diagnose. Bij jongeren met externaliserende problemen, zoals ADHD of gedragsstoornissen, werden minder verschillen gevonden in hoe zij sociale media gebruiken, al brengen ook zij gemiddeld meer tijd in de digitale wereld door.

De onderzoekers benadrukken dan ook dat er dringend behoefte is aan verder onderzoek naar de relatie tussen sociale media en de mentale gezondheid van jongeren.

Bron: Nature Human Behaviour